Arjen de Wit

Kermis (fragment)

De kermis begon zoals hij alle jaren begon: in de tuin bij Stalens. Het klinkt misschien gek, indrinken bij de uitvaartondernemer, maar de kermisborrel was traditie en hij was nou eenmaal uitvaartondernemer. Cor Stalens woonde in een zijstraat van de Dorpsstraat en had een grote tuin, helemaal betegeld en omheind met een hoge houten schutting. 

We stonden lekker te pilsen toen de poort openging en er iemand binnenkwam die we nog niet kenden. Het sloeg meteen stil. We kenden iedereen, als de poort openging hoorde daar een bekende kop te verschijnen. We staarden die vent aan alsof hij net vanuit de hemel was afgedaald en zijn ruimteschip tussen onze fietsen had geparkeerd.

“Hallo”, zei hij, “Ik ben de nieuwe buurman”.

“Goei’dààg”, mompelden wij.

De nieuwe buurman had een stevige baard, niet zo’n morsige baard van maanden niet scheren maar een keurig verzorgde baard die eruit zag alsof hij minstens elke week werd bijgetrimd door een professionele stylist. Op zijn mollige gezicht zat een zware, zwarte bril. Hij had een geruit overhemd aan en een beige broek die misschien net iets te strak zat.

Cor Stalens was de eerste die weer wat zei, hij had deze gast immers uitgenodigd. “Dag buurman, wat fijn dat je bent gekomen”. Zijn stem was overdreven vriendelijk, de stem die hij ook opzette als hij met de familie van een overleden dorpsgenoot de details van de uitvaart doornam. Hij maakte met zijn hand een wild zwaaiend gebaar naar de tuin, waarschijnlijk om iets te zeggen als ‘ga maar ergens tussen staan’ en dat deed hij, de nieuwe buurman, hij ging aan de statafel staan waar de meeste ruimte was, bij Timmer en Touber.

“Zo”, zei Touber.

“Zo”, zei de nieuwe buurman.

“Zo”, zei Timmer.

Stalens zette een koud pilsje op tafel voor de nieuwe buurman en ook alvast twee voor Touber en Timmer, hoewel Timmer nog een halfvol flesje had. “Drink eens door, homo”, zei Stalens, en hij tikte Timmer op zijn achterhoofd.


Achttien jaar van nu

Achttien jaar van nu liggen we in een tentje in de Schotse hooglanden. De regen tikt op het zeil. We liggen op onze buik in onze slaapzakken en koken water op een brandertje in de voortent. Survivalvoer. Onze spieren doen pijn van de hele dag lopen, tien uur, elf uur, langzaam verdween de tijd. Brandende voeten, stekende kuiten. Je hebt rode wangen. Je zegt dat je trots bent dat ik zo veel gelopen heb. Ik vraag of je soms anders had verwacht van je oude vader.

Je moet plassen maar je hebt geen zin om naar buiten te gaan. Je gaat toch. Als je terugkomt zijn je haren nat. Het druppelt op je matje. Je kruipt terug in je slaapzak en zegt dat je er nooit meer uit komt. Dat zullen we nog wel eens zien, zeg ik.

Je doet je ogen dicht. Je zegt: ik doe alvast mijn ogen dicht.

Ik probeer nog wat te lezen maar ik lees niets. Ik kijk naar je gezicht, de blosjes op je wangen, je natte haren, je ademhaling die steeds kalmer wordt.

Dan denk ik terug aan nu, toen we elkaar niet snapten, toen alles nieuw was, jij net zo hulpeloos als ik. Hoe ik vertelde over de vrouw die jij zou worden, ook al begreep je van mijn woorden nog geen woord.


Verbetertraject

“We werken aan een aantrekkelijke en inspirerende werkomgeving voor alle medewerkers.

Zoals aangekondigd is besloten een externe partij aan te trekken die ons gaat helpen bij het doorvoeren van de nodige interne verbeteringen. De commissie heeft met name beoordeeld welke partij de context en het vraagstuk van de organisatie goed begrijpt, of ze de breedte van de vraag aan kan en voldoende aandacht schenkt aan aspecten als cultuur en leiderschap en aan aspecten als het analyseren van systemen en processen.

We weten waar we vandaan komen en waar we naartoe willen. Maar hoe de weg daar naartoe eruit moet zien, weten we nog niet. Daar gaat het bureau ons bij helpen en adviseren over mogelijke interventies.

Uiteindelijk gaat het erom dat we als organisatie beter gaan functioneren. Dat mensen in staat worden gesteld om makkelijker hun werk te doen. Dus niet alleen een rapport en adviezen op papier, de organisatie moet voelbaar anders.

Het is goed mogelijk dat deze berichtgeving alsnog veel vragen onbeantwoord heeft gelaten of de komende tijd nieuwe vragen bij je oproept. Hoewel we in deze eerste fase van het verandertraject nog niet de antwoorden hebben op alle vragen, nodigen we je graag uit voor een open online bijeenkomst.”

#fictie #nonfictie #kafka


Nu (2)

Er is niets wat je nu hoeft te weten.


Synchroon (2)

De bron is momenteel niet beschikbaar. Probeer het later opnieuw.


Woorden

De prediker is niet vermoord. Hij staat in de aarde en reikt naar de wolken. Zijn woorden ritselen tussen de bladeren.

ML Kingpark, 18:18


Dinsdag (2)

Ik mis zaterdag. We hebben nog lang niet alle muziek geluisterd.

Gehoord op straat

“Is emotioneel altijd irrationeel?”

Hier

De sneeuw komt. Ik wil de wolken over me heen trekken, groot en wit als het dekbed waar ik vroeger onder kroop zodat ik misschien niet naar school zou hoeven. Hier. Hier wil ik zijn.

2021

Spaans oefenen vrijwilligerswerk doen ramen lappen kozijnen afnemen James Joyce lezen Oom Peter bellen Adorno lezen Jari bellen Lara bellen teentjes tellen baard trimmen of laten trimmen wandelen met de kinderwagen in het park op de eerste lentedag troebel witbier drinken in het park op de eerste zomerdag liefde geven muffins maken peer-gember knuffelen likken sabbelen non-fictie lezen over onconventionele onderwerpen zoals de geschiedenis van de ananas iets doen voor het personeel in de ziekenhuizen demonstreren om die vluchtelingen hierheen te halen demonstreren tegen racisme demonstreren voor het klimaat lopen hopen dolen koken kopen maar niet te veel kopen activist worden activist blijven praten over liefde en politiek en tevreden zijn met wat ik heb.