Convoi je t’aime
Mooie ontmoetingen, fijne muziek, theatrale cocktails, funky bellenblaas, vurige verhalen: Convoi je t’aime ❤️🔥🧡🚐 🎪🪩💃





Mooie ontmoetingen, fijne muziek, theatrale cocktails, funky bellenblaas, vurige verhalen: Convoi je t’aime ❤️🔥🧡🚐 🎪🪩💃






Het gezelligste rondreizende festival komt er weer aan. Convoi de Fête 2025 strijkt neer op camping Ont Moeten in Rekken (2 + 3 augustus) en camping BuitenLand in Zandpol (5 + 6 augustus). Ik doe verhalen op verzoek en wie weet ook nog voorleessessies in intieme setting. Als je nog op zoek bent naar een fijne camping met wat vertier: kom langs!
Een campinggast bekijkt de overburen op het kampeerveld: wat is er aan de hand tussen dat meisje en haar vader? Een serie over gluren, misbruik en verantwoordelijkheid, geïnspireerd door een Vuurlanddag met als thema ‘het sleutelgat’.
Lees de serie in vijf delen op Vuurland, broedplaats voor nieuwe literatuur. Met veel dank aan alle Vuurlanders en in het bijzonder Robin van Ommen voor het meelezen.
Beelden van de Storytel Awards 2025. Ik schreef ter plekke een verhaal met woorden die bezoekers mij gaven, en las dat later op de avond voor. Mooi om een bijdrage te leveren aan dit event!
Hallo! Nieuw jaar, nieuwe socials. Ik ben nu actief op Pixelfed. Zoiets als Instagram maar dan privacy-vriendelijk en zonder big tech. Vind me op https://pixelfed.social/verhalenopverzoek.
Het meisje met de hoepels is daar!
Met mijn act ‘Verhalen op verzoek’ schrijf ik al tien jaar ultrakorte, persoonlijke verhalen, ter plekke verzonnen en direct uitgetikt op een oude schrijfmachine.
Nu is er mijn boek Het meisje met de hoepels. Een zomerse coming-of-ageroman waarin drie vertellers je meenemen in hun dromen en hun leven: een Nederlandse student die alles achterlaat om een nieuw leven te starten in de Verenigde Staten; een meisje uit West-Virginia dat naam hoopt te maken met muurschilderingen die vanzelf verdwijnen; en een geplaagde immigrantenzoon die Detroit verlaat op een motor. Een zinderend verhaal over afkomst, vrijheid en onmogelijke liefdes.
Hoe krijg ik dat waanzinnige boek in handen?!?
1. Kom langs!
In juni maak ik een kleine promotour met de typemachine:
Ik schrijf (gratis) verhalen voor bezoekers. Uiteraard is het boek dan te koop – en ook daarna nog bij Boekhandel Laan en De Nieuwe Boekhandel. Kom langs voor een praatje, een verhaaltje en Het meisje met de hoepels!
2. Bestel!
Kun je niet langskomen? Bestel het boek dan online op boekenbestellen.nl:
Nu met slechts 9% btw! 😉
Pa werkte in de fabriek. Bijna alle vaders werkten in de fabriek. ’s Ochtends vroeg at hij een bord griesmeelpap, zette zijn pet op en sloeg de deur achter zich dicht. Geen idee wat hij precies deed. Misschien deuren in auto’s zetten, of banden vastdraaien, of metertjes op het dashboard monteren. Hij vertelde er niet over en wij vroegen er niet naar. ’s Avonds kwam hij thuis, hing zijn pet aan de kapstok en zette zich aan tafel om te eten.
“Oké.” De agent zucht en wrijft zich in de ogen. “En hebben jullie enig idee waar Leila op dit moment zou kunnen zijn?”
Finn buigt zich voorover in zijn stoel, zijn handen in elkaar gevouwen. “Meneer. Als wij weten waar ze is dan waren we nu daar, niet hier. Onze dochter is een rustig, bescheiden meisje. Een beginnende puber, dat zeker, maar geen wilde toestanden. Geen vriendjes, geen drugs, geen drank.”
De agent trekt een wenkbrauw op. Er dansen kleine krullen op zijn hoofd. “En dat weet u zeker?”
“Dat weet ik zeker.”
Door de lamellen valt het licht van de straatlantaarns. Buiten komt een hoge zoem dichterbij, een auto die de parkeerplaats oprijdt, je kunt het geluid horen draaien.
Finn wisselt een blik met Farah, die met haar armen over elkaar geslagen naast hem zit. Hij kent deze blik van haar, een woede die ze geen woede wil laten zijn.
“Ik heb de melding gemaakt”, zegt de krullenbol. “Ze wordt gezocht door alle automatische gezichtsherkenning in Europa, we krijgen hier direct een melding als uw dochter in beeld komt. Ga lekker naar huis, probeer wat te slapen. Meestal komen die pubermeisjes vanzelf weer thuis. Waarschijnlijk is ze bij een vriendin, een jongen, iemand waar ze contact mee had zonder dat jullie het wisten. Als ze er over twee dagen nog niet is komt u weer terug.”
“Nee.” Farah. Ze is niet van houding veranderd maar haar ‘nee’ heeft het gesprek meteen op scherp gezet. De agent zit rechtop, zijn ogen opeens alert. Hij heeft een terugtrekkende haargrens, ziet Finn nu, al doen de krullen op zijn voorhoofd hun best om de beginnende kaalheid te verdoezelen.
“We gaan hier niet weg voordat er een zoekactie op touw wordt gezet.”
“Zoals ik al zei, alle systemen in Europa zijn op zoek naar…”
“Ik heb het niet over digitale gezichtsherkenning”, valt Farah hem in de rede. “Ik wil zoeken. Echt zoeken. Door de bossen, de duinen, over het strand. Als de politie niets voor ons kan doen dan zet ik zelf een actie op touw. Ik ken genoeg mensen die willen meehelpen.”
“Ik kan me voorstellen dat u ongerust bent.” De krullen trillen als hij praat. “Maar gelooft u mij, wij maken dit vaker mee. Het protocol zegt dat we, één, onmiddellijk de systemen laten zoeken, twéé, alle medewerkers in de regio laten uitkijken voor de persoon in kwestie, en drie, na 72 uur tot verdere actie overgaan.”
“U snapt het niet”, zegt Farah.
“Ik snap het heel goed.”
“Onze dochter is bijzonder.”
“Iedereen vindt zijn kind bijzonder.”
“Ziet u wel dat u het niet snapt.”
Elk jaar in december maakte ik het Groot Dictee der Nederlandse Taal. Mijn moeder en ik deden samen mee, het was een traditie. IJverig schrijven en net zo ijverig nakijken, drie vellen vol onmogelijke zinnen en rode strepen, elke fout werd geturfd. Ik vond dat ik toch best wat woorden goed had geschreven.
Ik vertelde aan meester Rob dat ik had meegedaan.
‘En, hoeveel fout had je?’
Ik glom van trots: ‘Zestig!’
Meester Rob verzandde in een lachbui die hij niet onder controle kreeg, hij kreeg er nog net een ‘sorry’ tussendoor, hij lachte en lachte en ik, ik droop af naar mijn tafeltje.
Pas jaren later ontdekte ik dat ik al die tijd verkeerd had gerekend: je telt niet het totale aantal fouten, vaak meerdere per woord, maar het aantal woorden dat je fout hebt geschreven. Nu kan ik meester Rob begrijpen. Maar nu is het te laat. Ik heb nooit meer meegedaan aan het Groot Dictee.
Gisteren droeg ik voor bij de open mic van Tapschrift Amsterdam: leuke mensen, uiteenlopende voordrachten, prettige sfeer. Hieronder mijn tekst. Het is een fragment uit een langer verhaal, bewerkt en gecondenseerd tot iets dat je in vijf minuten kunt voorlezen. Een vormexperiment bovendien, of hoe zeg je dat, nou ja, lees zelf maar :).
Lees de rest van dit artikel »